Voor de beoordeling van de financiële positie is het van belang te kijken naar het structurele evenwicht en de robuustheid van de begroting. Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is beter in staat om in de toekomst tegenvallers op te vangen.
Structurele baten zijn bijvoorbeeld de algemene uitkering uit het gemeentefonds en de eigen belastinginkomsten. Structurele lasten zijn bijvoorbeeld personeelslasten, kapitaallasten en bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen. Reserve mutaties zijn vrijwel allemaal incidenteel, met uitzondering van de onttrekking aan de reserve Kapitaallasten.
| Rekening | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | |
A | Totale structurele lasten | 162.993 | 165.484 | 165.118 | 160.649 | 160.839 | 161.120 |
B | Totale structurele baten | 166.520 | 164.875 | 165.816 | 164.100 | 162.950 | 161.986 |
C | Totale structurele toevoegingen aan reserves | 655 | 431 | 428 | 413 | 399 | 384 |
D | Totale structurele onttrekkingen aan reserves | 756 | 769 | 807 | 792 | 778 | 763 |
E | Totale baten, exclusief mutaties reserves | 169.928 | 164.875 | 165.009 | 163.308 | 162.173 | 161.223 |
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/(E) x 100% | 2,13 | -0,16 | 0,65 | 2,35 | 1,54 | 0,77 |
Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is. Een positief percentage betekent dat de structurele baten meer dan toereikend zijn om de structurele lasten te dekken en er ruimte is om tegenvallers op te vangen. Voor Velsen in het meerjarenperspectief positief en blijft daarbij in categorie A.