In de door de raad vastgestelde nota “Visie op regionale samenwerking” is het beleidskader opgenomen voor samenwerkingsverbanden.
De visie bevat richtinggevende uitgangspunten m.b.t.:
- De beleidsprioriteiten en de regionale focus die de gemeente daarbij hanteert (op welke onderwerpen en op welke regio’s richt de gemeente zich primair?);
- De basisprincipes die de gemeente hanteert voor regionale samenwerking (onder welke condities werkt de gemeente samen?);
- De organisatie van samenwerking (op welke wijze werkt de gemeente samen en wordt samenwerking verankerd in de eigen organisatie?).
De gemeente kent verschillende samenwerkingsverbanden. Een aantal daarvan is te scharen onder het begrip “verbonden partijen”. Dit zijn partijen waarmee de gemeente een bestuurlijke relatie en een financieel belang heeft. Onder een financieel belang wordt verstaan dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld, waarover de gemeente risico draagt in geval van faillissement van de verbonden partij en/ of financiële problemen bij de verbonden partij kunnen verhaald worden bij de gemeente. Onder een bestuurlijke relatie wordt in dit verband verstaan dat namens de gemeente een zetel in het bestuur van de betreffende partij wordt ingenomen of het hebben van stemrecht.
Het eventueel aanwezige risico van een verbonden partij is opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Partijen waarmee slechts een bestuurlijk belang gediend is en waarbij geen juridisch afdwingbare financiële verplichtingen aanwezig zijn, maken onderdeel uit van de beleidsuitvoering van een programma. Wat betreft de activiteiten van deze partijen verwijzen wij kortheidshalve naar de jaarplannen die deze partijen de gemeente voorleggen.
De paragraaf Verbonden partijen is om twee redenen van belang voor de raad:
- De verbonden partijen voeren beleid uit, dat de gemeente in principe ook zelf kan (blijven) doen, maar dat in deze gevallen als het ware is uitbesteed aan de verbonden partij. De gemeente blijft de uiteindelijke verantwoordelijkheid houden voor het realiseren van de beoogde doelstellingen van de programma’s. De raad blijft nog steeds een kaderstellende en controlerende taak bij de programma’s houden. De verbonden partijen spelen een rol bij het realiseren van de beleidsdoelstellingen zoals ze in de programma’s zijn opgenomen. In deze paragraaf wordt de koppeling tussen de verbonden partijen en deze beleidsdoelstellingen gelegd. Hierbij moet in ogenschouw worden genomen dat de algemene doestelling van de gemeente in relatie met de verbonden partijen moet zijn “het openbare belang behartigen” ofwel “de publieke taak uitoefenen”. Wat de publieke taak is, bepaalt de raad en daarbij kunnen de volgende vragen aan de orde komen:
- Wat is de bijdrage van de verbonden partij aan de uitvoering van de gemeentelijke programma’s?
- Waarom dient de gemeente dit belang te behartigen?
- Gaat het om een belang dat zonder bemoeienis van de gemeente niet naar behoren wordt gediend?
- Ook is het van belang mogelijke externe en interne ontwikkelingen t.a.v. de verbonden partijen in ogenschouw te nemen. Belangrijke ontwikkelingen kunnen zijn:
- (Voornemens tot ) het aangaan van relaties met nieuwe partijen;
- (Voornemens tot) het beëindigen van relaties met bestaande partijen;
- Een wijziging van de doelstelling van een verbonden partij;
- Een (komende) wijziging van de eigenheid van de verbonden partij als gevolg van fusie of integratie;
- Een afwijking van de voorgenomen of gerealiseerde activiteiten en prestaties;
- Wetswijzigingen.
Goed bestuur (governance)
Met het op afstand zetten van één of meerder taken van de gemeente in verbonden partijen, moet de gemeente het toezicht op verbonden partijen inrichten. De ene verbonden partij heeft meer risico’s dan andere verbonden partijen, waardoor het benodigde toezicht per verbonden partij verschilt. Andere thema’s in dit verband zijn sturen, beheersen en verantwoorden. Van belang is hierbij een goede procesgang van de besluitvorming rond bijvoorbeeld P&C informatie en regionale afstemming (ambtelijk en bestuurlijk). Nadere aandacht heeft ook het beheersen van risico’s en het weerstandsvermogen van een verbonden partij. In de P&C informatie is dit inmiddels in zijn algemeenheid een onderdeel bij de verbonden partijen.
Voor 15 april dienen de gemeenschappelijke regelingen de voorlopige jaarrekening en ontwerpbegroting (incl. kaders) aan de deelnemers toe te sturen, zodat de gemeente tijdig over de informatie beschikt en zo nodig de raad een zienswijze kan afgeven. Het Algemeen Bestuur van de GR dient tijdig besluiten te nemen over de definitieve jaarrekening en begroting en deze stukken en in te sturen naar de provincie respectievelijk het rijk indien de provincie deelneemt (de jaarrekening uiterlijk voor 15 juli en de begroting voor 1 augustus).
Wijziging Besluit begroting en verantwoording (BBV)
Op grond van art. 15 Bbv bevat de paragraaf verbonden partijen tenminste:
A. de visie op en de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen;
B. de lijst van verbonden partijen, die wordt onderverdeeld in:
1. gemeenschappelijke regelingen;
2. vennootschappen en coöperaties;
3. stichtingen en verenigingen, en
4. overige verbonden partijen.
In de lijst van verbonden partijen wordt ten minste de volgende informatie opgenomen (verkorte versie):
- de wijze waarop de gemeente een belang heeft in de verbonden partij en het openbaar belang
ermee gediend word; het belang aan het begin en de verwachte omvang aan het einde van het
begrotingsjaar;
- informatie over vermogen en resultaat;
- eventuele risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.
Verder is onder het programma de betrokkenheid van de verbonden partijen bij de realisatie van de doelstellingen binnen het programma vermeld (volgens art. 8, lid 3b BBV).
Provinciaal beleid
De provincie Noord-Holland heeft in de Kaderbrief financieel toezicht 2018 nog een aantal algemene aandachtspunten meegegeven voor de verbonden partijen. Het gaat dan om thema's als het werken met een meerjarenbeleidsplan, goed inzicht houden in de financiële risico's / weerstandscapaciteit van een verbonden partij en zo nodig risico's op te nemen in de paragraaf weerstandsvermogen bij onvoldoende weerstandscapaciteit.