Meegenomen financiële consequenties bij de berekening van de opbrengst OZB in begroting 2018:

• opgeleverde woningen en niet woningen tot en met 2016 en de uitkomsten van afgehandelde bezwaren tegen de WOZ waarde beschikkingen 2017.

Niet meegenomen:

• De financiële consequenties van de areaaluitbreiding van woningen en niet-woningen in 2017;
• De financiële consequenties van de ingediende bezwaren tegen de waarde beschikkingen 2017 die nog niet zijn afgehandeld;
• Verschillen tussen de geprognostiseerde waardestijging en de werkelijke waardestijging van de WOZ-waarden.

De werkelijke WOZ-waarden van 2017 zijn de basis voor de opbrengst OZB in de begroting 2018:

• Voor de woningen valt de werkelijke waardeontwikkeling in 2017 circa € 243 mln. hoger uit dan de geprognosticeerde waardeontwikkeling van de begroting 2017. Daardoor stijgt de opbrengst in 2018 met 5,18 % in plaats van de verwachte stijging van 1,4 %.
• Voor de niet-woningen is de werkelijke waardeontwikkeling in 2017 circa 13 mln. lager dan de geprognosticeerde waardeontwikkeling van de begroting 2017. Daardoor stijgt de opbrengst in 2018 met circa 0,8 % in plaats van de verwachte stijging van 1,4 %.

Indexering tarieven OZB

Voor 2018 wordt uitgegaan van een stijging van het OZB-tarief voor woningen en niet-woningen met 1,4% ten opzichte van 2017. Hierin is ook rekening gehouden met de voorlopige percentages van de waardeontwikkeling van de woningen voor het WOZ-tijdvak met waarde peildatum 1 januari 2017.
Voor deze waardeontwikkeling 2018 wordt de landelijke waardeontwikkeling van de Waarderingskamer gehanteerd:

• Voor woningen is dit + 6 %, dit leidt tot een omrekenfactor waardeontwikkeling 0,9434;
• Voor niet-woningen is dit +1 %, dit leidt tot  een omrekenfactor waardeontwikkeling 0,9901.