Veranderingen in het gemeentelijk belastinggebied
Er komt in een volgende kabinetsperiode mogelijk een hervorming van het gemeentelijk belastinggebied. Dit geeft een verschuiving van rijks- naar gemeentebelastingen. Voor de burger is nog onduidelijk wat de effecten zijn van een verlaging van de loon- en inkomstenbelasting en de stijging van de gemeentelijke belastingen.
Globaal genomen houdt deze herziening het volgende in voor de gemeente(n):
- de herinvoering van de onroerende zaakbelasting voor gebruikers van woningen (op basis van de WOZ waarde);
- het invoeren van een ingezetenenbelasting (een vast bedrag per volwassen inwoner);
- stroomlijning, vereenvoudiging en harmonisering van de gemeentelijke belastingheffing;
- de afschaffing van de hondenbelasting, forensenbelasting, baatbelasting, reclamebelasting, roerende zaakbelasting en de afschaffing van de precariobelasting voor kabels en leidingen van nutsbedrijven.
Beoogd gevolg van deze herziening voor de gemeente is dat door de invoering van de ingezetenenbelasting er een groter bedrag aan gemeentelijke heffingen zal binnenkomen en dat de uitkering uit het gemeentefonds zal dalen. Onduidelijk is nog hoe groot deze verschuiving zal zijn. Dit zal ook door de afschaffing van de kleinere belastingsoorten en de precariobelasting, per gemeente aanzienlijk verschillen. Niet elke gemeente heft immers dezelfde (kleinere) belastingsoorten.